De negatieve bijwerkingen van sociale media zoals TikTok zijn al langer bekend, maar er is een nieuwe zorg bijgekomen: zelfdiagnose. UUit onderzoek van Wietske de Vries, onderzoeker aan de Rijksuniversiteit Groningen, blijkt dat 55% van de TikTok-video’s onjuiste informatie bevat. Deze video’s gaan vaak voorbij aan de juiste diagnosecriteria voor ADHD. Dit kan misverstanden bij jongeren veroorzaken. Veel van de genoemde symptomen komen niet overeen met de officiële diagnostische criteria voor ADHD. Vaak beschrijven ze symptomen te breed of zijn ze zelfs volledig onjuist, wat de zelfdiagnoses vergroot.
TikTok-algoritmes
Uit een onderzoek van Kassa blijkt dat TikTok-algoritmes dit probleem versterken. Wanneer gebruikers video’s over ADHD of autisme bekijken, en die daarna liken of erop reageren, komen ze uiteindelijk in een soort ‘rabbit hole’ terecht, waar ze steeds meer video’s over dit onderwerp voorgeschoteld krijgen. Dit vergroot de kans dat jongeren zichzelf verkeerd diagnosticeren met stoornissen als ADHD of autisme. De Vries waarschuwt dat deze toename in zelfdiagnoses niet alleen onnodige druk op de zorg legt, maar ook een negatief effect heeft op het zelfbeeld van jongeren.
Correcte aanpak
Psycholoog Linda van Heeren benadrukt dat het geen kwaad kan om een vermoeden van een aandoening te hebben. Het is belangrijk om eerst aan te geven waar je moeite mee hebt. Plak niet meteen een label op jezelf. Ze waarschuwt ook dat het voor mensen met een officiële diagnose vervelend kan zijn wanneer de term zo losjes wordt gebruikt. Deze mensen hebben dagelijks te maken met de daadwerkelijke gevolgen van de stoornis.”
Als je vermoedt dat je ADHD, autisme of een andere beperking hebt, is het beter om geen label op jezelf te plakken. Zoek eerst professionele hulp om een juiste diagnose te krijgen. Dit kan bij je huisarts of een psycholoog. Alleen zij kunnen je helpen om een juiste diagnose te stellen. Om vervolgens de juiste stappen voor hulp en mogelijke behandeling te adviseren.